donderdag 27 maart 2008

Chillida

Ik wou er al langer naartoe, naar het huis-atelier-museum van Chillida...uiteindelijk is het ervan gekomen! En zelfs het weer was van de partij...allez, het regende of sneeuwde niet en de zon scheen verlegen.
Het is een prachtig museum dat ik aan iedereen kan aanbevelen, want de werken zijn niet alleen in het huis opgesteld, maar vooral zowat overal in het park rondom het huis. Dat geeft de nodige vrijheid aan de beelden om "zichzelf te zijn" als het ware. Het is enkel wat jammer dat er vooral werken van de jaren '90 te zien zijn.

Oh, neen...hier is ook een "werk" van de jaren '60 te zien! ;-))

woensdag 26 maart 2008

Romaanse kerkjes in erg pittoreske Pyreneeënvalleien

Het is eigenlijk een lang verhaal : 1/ we stootten op een documentaire over de romaanse kunst in Spanje waarin uitgebreid werd verteld over de collectie van het MNAC of Nationaal Museum van Catalaanse Kunst; 2/ik geniet van een werkbezoek van Gonzalo aan Barcelona om de collectie van dat museum eens van dichterbij te bekijken en ik raak in de ban van de fresco's van de romaanse kerken uit de vallei van Boí; 3/ we kiezen dus als bestemming voor semana santa een plaats van waaruit we uitstappen kunnen plannen naar die bewuste vallei (en ook naar de "befaamde" vallei van Arán).
Hoewel de meeste kerken net voor Pasen moeilijker toegankelijk zijn voor de toerist, zijn de romaanse kerkjes in de valleien van Arán en Boí eigenlijk eerder musea, inclusief begeleide bezoeken tijdens de heilige week.

Pasen valt vroeg dit jaar, en dat was dus de ideale gelegenheid voor de weergoden om alsnog winterweer (lees : sneeuw) te brengen. Het weer bepaalde dus eigenlijk ook onze semana santa- planning : de eerste dag al meteen naar de Vall d'Arán, want daar zou het slechte weer wel eerst alles platleggen...juist ja, op onze terugtocht over een bergpas van ruim 2000m hoogte was het al een beetje aan het sneeuwen (en de volgende dag kon je er enkel met sneeuwkettingen over). De belangrijkste plaats in de vallei is Vielha : oorspronkelijk een dorpje zoals de andere in de vallei, maar nu toch wel volgebouwd met toeristische infrastructuur. Gelukkig is de dorpskern echt de moeite, met een romaanse kerk (nogal veel verbouwd in de loop der tijden), typische woningen en een super-de-luxe toeristeninfodienst, open van 9am tot 9pm zonder pauze! We reden eerst noordwestwaarts in de richting van Frankrijk, waar je een geweldig uitzichtspunt hebt in Vilamos (met uitzicht op de Aneto), en een prachtige romaanse kerk in Bossost...absoluut de moeite! Bossost is ook de plaats in de vallei met de bekendste paasprocessies, en er liep net een tentoonstelling over 100jaar processies in het dorp. Wat ik op andere plaatsen in Spanje (of elders) nog niet gezien heb op stille donderdag of goede vrijdag, maar wat misschien wel apart is voor de streek : op die dagen wordt het retabel bedekt door een soort houten decorplaat met plaats voor beelden van romeinse soldaten onderaan langs de zijkanten en een urne centraal. Erna reden we terug naar Vielha en vervolgens oostwaarts, voorbij nog enkele dorpen met romaanse kerken en tegenwoordig aardig in de ban van het wintersporttoerisme (Baqueira is vlakbij) : Artíes en Salardú. Het kerkje in Artíes is being restored en dat was hard nodig! Het kerkje in Salardú is binnenin mooi beschilderd (uit 16de eeuw) en bezit een erg mooi houten christus op het kruis, romaans ook.

De tweede dag gingen we weer voor romaanse kerkjes, in de Vall de Boí. Die vallei ligt iets zuidelijker dan de vallei van Arán en het hemel die morgen was blauw...zo steken de kerkjes, die in deze vallei bijna allemaal een hoge toren hebben, mooi af tegen de besneeuwde bergtoppen. We begonnen met een gegidste toer in St.Climent in Taüll. Ik kan het iedereen aanraden, want je mag dan al de fresco's gezien hebben in het MNAC (in het kerkje zijn copieën geschilderd) en je mag dan al enkele teksten erover doorgenomen hebben, de gidsen slagen erin je een bondige en juiste contekst te schetsen en dan te specifiëren over de plaats zelf. In St.Climent moet je ook de toren op : alleen al voor het vergezicht! In hetzelfde dorp naar de parochiekerk, en daar merk je pas hoe het is zonder de fresco's (geen copieën, alles in het MNAC). In Boí (de polychromie!) is er naast het kerkje ook het bezoekerscentrum van het nabijgelegen Nationaal Park Aigüestortes. Daar kregen we info over wat we zo konden verzinnen als wandeltochtje...maar uiteindelijk bleek dat het weer later die dag en de dag erop nog meer tegen zou zitten en dat Park bezoeken we beter tijdens de zomer. Afgezien van de kerkjes van de dorpjes die op of vlak naast de hoofdweg door de vallei liggen, reden we nog naar Durro en een mooi vergezicht vind je daar van naast de ermita. Oh ja, het kerkje van Cardet lijkt wel niet echt de moeite, maar het is bijzonder fascinerend. Het kerkje is in de loop van de eeuwen serieus verbouwd, maar nu kun je boven het tongewelf uitkijken en ook achter het kerkbreed retabel. Ook heeft het kerkje een crypte, omdat de ondergrond scheef loopt. Je kunt ook van buiten de crypte zien, maar dan moet je wel een wandelpad zoeken dat langs de afgrond loopt.

Onze laatste volledige dag in de streek reden we door de Vall de Fosca naar het stuwmeer onderaan de bergmeren in het Nationaal Park...amai, wat een wind en een sneeuw. Jaja, tijdens de zomer keren we terug! Om Gonzalo nog een laatste schrik te bezorgen had het de laatste nacht zo'n dikke halve meter gesneeuwd, maar de (nationale) wegen waren vrijgemaakt, dus de terugreis verliep prima. Trouwens, op ons parcours hebben we enkele ideeën gekregen voor andere uitstappen.

Lente (lees : Belgische zomer) in Alicante

Gonzalo moest enkele dagen voor z'n werk naar Alicante. Als je vrij bent, die stad nog niet kent en je mee kunt genieten van huurauto en hotelkamer, dan aarzel je toch niet om je valiesje eveneens te pakken en enkele dagen te genieten van het mooie weer daar, of wel soms?

Begin maart, dan neem je zelfs aan de Spaanse kust nog een jasje mee, maar eigenlijk was dat niet echt nodig, getuige het toch al ruime aantal buitenlandse toeristen in badpak op het strand (het strand Playa del Postiguet begint op twee passen van het stadhuis). Het historische centrum van Alicante is klein en hoewel de officiële gebouwen al grotendeels gerenoveerd zijn, is er nog volop werk om de gewone huizen op te kalefateren, én dat is groot nodig! Binnen enkele jaren zal het centrum echt een toffe buurt zijn : de bars zijn er al, maar voorlopig zijn ze nog te dikwijls gehuisvest in de gelijkvloerse verdieping van anders schijnbaar bouwvallige huizen...jammer toch! De esplanade vormt een mooie wandelstraat, met een massa banken om te rusten of te lezen. Maar waar je gemakkelijk enkele uren zoet bent, is in het park Parque de la Ereta dat pas in 2003 opgebouwd is : het bevat vlakken met water, met beplanting en je kunt er zelfs gezelschapspelen huren, én overal is er plaats om te zitten genieten, van de zon en van het vergezicht! Normaliter kun je rechtstreeks van het park een kijkje nemen naar de omwallingen en doorstappen naar het middeleeuws kasteel Santa Bárbara. Nu waren er werken, en kon je met een minibusje naar de ingang van het kasteel en ook weer terug. Anderhalf uur liep ik elke hoek van het kasteeldomein uit te kammen en dat leverde enkele mooie kiekjes op. Beslist de moeite.

Het hotel beschikte over een sauna, en je kunt dus wel denken dat dat deugd doet, na een dag stappen, en voor een lekker etentje...trouwens, de rijstschotels zijn schitterend hier, maar ook de gegrilde vis mag er wezen. Een tip : als je naar Alicante gaat, neem zeker een kijkje in de overdekte markt : het is niet alleen een art nouveau gebouw, vooral de stalletjes met verse vis ogen echt goed!

Oud en nieuw in León

Ter gelegenheid van het Spaanse equivalent van het Vakantiesalon konden we voor een prikje een overnachting in de Parador van León boeken...én daar droomden we al een tijdje van, want het Hostal San Marcos, voormalig hospitaal op de Camino de Santiago, is een prachtig gebouw. Ik was al eerder in León : de eerste keer voor het trouwfeest van Javi en Yolanda (in de Parador), en dan op mijn "camino"...tijdens geen enkele van deze bezoeken had ik echt veel van de stad kunnen zien, en dat zou ik nu eens goedmaken. Trouwens, sinds kort is de stad een modern museum rijker, het MUSAC, dat voor zijn architectuur al menige prijzen gekregen heeft, al is het bijlange niet het grootse museum van het type Guggenheim.

León heeft zoals vele Spaanse steden de laatste jaren een renovatie van het historisch centrum gekregen én op de kop toe de inplanting van enkele nieuwe, moderne en functionele gebouwen, zoals het MUSAC. Daarenboven bevat het een topconcentratie aan bars (en restauranten) in de barrio húmedo, of "vochtige wijk".
Wie de kathedraal in topvorm wil zien, zal toch nog enkele jaren geduld moeten hebben : de daken zijn hersteld en de bomen zijn uit de muren en daken verwijderd, maar netten en hekken doen vermoeden dat er recent nog gargoyles afgebroken zijn (inderdaad). De renovatie van de glasramen wordt goed uitgebuit, als dat zo kan gezegd worden, want er worden begeleide toeren op de stellingen voor de roset in de voorgevel georganiseerd : op 20m hoog de werken volgen...het kan tot mid-2009 (maar tijdens de weekends enkel op zaterdagvoormiddag)!
Voor een weekend in februari een prachtbestemming, maar voor de glasramen keren we nog terug!

Irène op bezoek in Madrid

Het is misschien wel een beetje besmettelijk...Irène is ook net op sabbatical gegaan. En ze vliegt er meteen goed in, want nog niet eens 2 weken ver in de sabbatical komt ze een weekje naar ons, dan volgt een week wintersport met moeder en neefje/nichtjes, een lang weekend in Italië en op 14 maart vertrekt ze voor 3 maanden naar Azië.

Het weekje in Madrid was uiterst aangenaam : we babbelden bij, gingen shoppen, maakten uitstapjes naar Madrid, Alcalá, Guadalajara, El Escorial en trokken de "Alto Tajo" in.

Geniet van je sabbatical, Irène...en hopelijk tot later dit jaar in Aix of terug in Madrid!

dinsdag 25 maart 2008

Weekendje samen in België

Wanneer Gonzalo even naar België kan komen, probeer ik steeds interessante dingen (zeker voor hem!) op de agenda te plaatsen.

Ons weekendje in februari had dus z'n portie "familie" met een etentje met z'n allen in resto Turquoise aan de Leuvense vest (en een after-dinner bij Onzejan met een veel te lange presentatie van onze vakantiefoto's van onze laatste vakantie in Zuid-Amerika...mea culpa ;-) ), z'n portie "vrienden" met een ritje naar Geel naar Wims flat, z'n portie "muziek" met een uitje naar The Spirit of 66 in Verviers voor een uiterst geslaagd concert van Wishbone Ash, z'n portie "biercultuur" met een bezoekje aan het bierfestival van Putte (waar we ons beperkten tot een drietal bieren die we zelfs van horen niet kenden) én z'n portie "sightseeing" met een kort bezoek aan Maastricht.

Wishbone Ash in actie met beelden uit de oude doos op scherm

Minckelers : voor de uitvinder van het stadsgas niets minder dan een monument mét gas!

En wat je ons niet kunt afnemen tijdens deze weekends : het kopje koffie in de koffiespeciaalzaak in de Leuvense Parijsstraat, het glas trappistenbier in het Buurthuis in Korbeek-Lo, de maatjes die we kopen aan het viskraam op de zondagmarkt van Heverlee. Zálig!